Share

Het overwinteren van het groot kaasjeskruid

Linden · 12.05.2025.

Het succesvol overwinteren van het groot kaasjeskruid is essentieel om ook in het volgende jaar weer van zijn charmante bloemenpracht te kunnen genieten. Hoewel het groot kaasjeskruid over het algemeen wordt beschouwd als een winterharde vaste plant, kan de mate waarin het de koude maanden doorstaat sterk afhangen van de specifieke cultivar, de leeftijd van de plant en de strengheid van de winter. Vooral jonge planten en exemplaren die in potten worden gekweekt, zijn kwetsbaarder voor vorstschade. Met de juiste voorbereidingen in de herfst en eventuele beschermende maatregelen kan de overlevingskans aanzienlijk worden vergroot, zodat de plant in het voorjaar weer krachtig kan uitlopen.

De natuurlijke winterhardheid van het groot kaasjeskruid is redelijk goed, en in de meeste gematigde klimaten zal een volwassen, goed gewortelde plant in de volle grond de winter zonder veel problemen overleven. De bovengrondse delen van de plant sterven in de herfst na de eerste serieuze vorst af, maar het wortelstelsel blijft ondergronds in leven om in het voorjaar opnieuw uit te lopen. De afgestorven plantendelen vormen een natuurlijke, isolerende laag die de wortelkroon, het meest vitale deel van de plant, beschermt tegen de ergste kou.

De conditie van de plant aan het einde van het groeiseizoen speelt een grote rol in zijn vermogen om de winter te doorstaan. Een gezonde, sterke plant die gedurende het seizoen goed is verzorgd, heeft voldoende reserves opgeslagen in zijn wortels om de rustperiode te overleven. Het is daarom belangrijk om de bemesting in de late zomer te stoppen. Late bemesting stimuleert de aanmaak van nieuwe, tere groei die niet de kans krijgt om af te harden voor de eerste vorst en daardoor zeer kwetsbaar is voor bevriezing.

Een andere cruciale factor voor een goede overwintering is de drainage van de bodem. De grootste vijand van het groot kaasjeskruid in de winter is niet zozeer de kou zelf, maar een combinatie van kou en nattigheid. Een bodem die slecht water afvoert en gedurende lange periodes drassig blijft, kan leiden tot het bevriezen en rotten van de wortels. Zorg er dus bij het aanplanten al voor dat de locatie een uitstekende drainage heeft. In de herfst is het verstandig om te controleren of er geen water rond de basis van de plant blijft staan.

Voorbereidingen in de herfst

De voorbereiding op de winter begint al in de herfst, naarmate het groeiseizoen ten einde loopt. Een belangrijke beslissing is wat te doen met de afstervende bovengrondse stengels en bladeren. Er zijn twee benaderingen mogelijk, elk met hun eigen voordelen. De eerste optie is om de plant in de herfst terug te snoeien tot ongeveer 10-15 centimeter boven de grond. Dit geeft een opgeruimd beeld in de wintertuin en vermindert de kans dat schimmelziekten, zoals roest, kunnen overwinteren op de oude plantenresten.

De tweede, en vaak aanbevolen, optie is om de afgestorven stengels gedurende de winter te laten staan. Deze vormen een natuurlijke bescherming voor de wortelkroon tegen vorst en koude, uitdrogende wind. De holle stengels en het dorre blad vangen sneeuw op, wat een uitstekende isolatielaag vormt. Bovendien bieden de oude stengels een schuilplaats voor nuttige insecten, zoals lieveheersbeestjes, die in het voorjaar helpen bij het bestrijden van plagen. In het vroege voorjaar, net voordat de nieuwe groei verschijnt, knip je de oude stengels dan alsnog af.

Ongeacht of je snoeit of niet, het aanbrengen van een winterdek is een zeer effectieve maatregel om de plant te beschermen. Een mulchlaag van organisch materiaal, aangebracht in de late herfst nadat de grond al wat is afgekoeld, helpt om de bodemtemperatuur te isoleren en de wortels te beschermen tegen extreme vorst. Gebruik een luchtig materiaal zoals afgevallen blad, stro, dennentakken of een dikke laag compost. Breng deze laag aan in een cirkel rond de basis van de plant.

Verwijder onkruid rond de basis van de plant voordat je de mulchlaag aanbrengt. Onkruid concurreert niet alleen om water en voedingsstoffen, maar kan ook een broedplaats zijn voor plagen en ziekten die in de winter overleven. Een schone basis zorgt ervoor dat de mulchlaag direct de grond en de wortels van de plant beschermt. Deze herfstwerkzaamheden zijn een kleine investering in tijd die de overlevingskansen van je groot kaasjeskruid aanzienlijk verhogen.

Bescherming tegen vorst

In gebieden met strenge winters of voor jonge, nog niet volledig gevestigde planten, kan extra bescherming tegen vorst noodzakelijk zijn. De eerdergenoemde mulchlaag is de eerste en belangrijkste verdedigingslinie. Deze laag fungeert als een deken, die de ergste kou uit de bovenste grondlaag weert en voorkomt dat de bodem diep bevriest. Een laag van 10 tot 15 centimeter is over het algemeen voldoende. Zorg ervoor dat de mulch luchtig is om te voorkomen dat er zich vocht ophoopt en verstikking of rotting van de kroon veroorzaakt.

Naast mulchen kunnen ook andere materialen worden gebruikt voor extra bescherming. Het afdekken van de plant met dennentakken (kerstgroen) is een uitstekende methode. De takken houden sneeuw vast, wat voor extra isolatie zorgt, maar laten tegelijkertijd voldoende lucht door, waardoor de kans op schimmelvorming klein is. Vliesdoek kan ook worden gebruikt, vooral tijdens periodes van extreme kou zonder sneeuwbedekking. Span het doek over de plant en zet het vast, maar zorg ervoor dat het de plant niet raakt.

Het is belangrijk om de winterbescherming niet te vroeg in de herfst aan te brengen. Wacht tot na de eerste lichte vorst, wanneer de plant volledig in rust is gegaan. Te vroeg afdekken kan de plant ‘lui’ maken en de afharding verstoren. Bovendien kan een te warme, broeierige omgeving onder de bedekking schimmelgroei in de hand werken. Het doel is niet om de plant warm te houden, maar om hem te beschermen tegen de meest extreme temperatuurschommelingen en uitdrogende wind.

Vergeet niet om de winterbescherming in het voorjaar tijdig te verwijderen. Zodra de kans op strenge vorst geweken is en de temperaturen beginnen te stijgen, moet de mulchlaag en eventuele andere bedekking worden weggehaald. Dit geeft de bodem de kans om op te warmen en laat licht en lucht toe tot de basis van de plant, wat de nieuwe groei stimuleert. Als je de bescherming te lang laat liggen, kan dit de nieuwe scheuten verstikken en de groei belemmeren.

Overwinteren in potten

Het groot kaasjeskruid in potten en containers is aanzienlijk kwetsbaarder voor vorst dan planten in de volle grond. In een pot is het wortelstelsel van alle kanten blootgesteld aan de koude lucht, waardoor de kluit volledig kan doorvriezen. Dit is vaak fataal voor de plant. Daarom vereisen potplanten extra aandacht en specifieke maatregelen om de winter te overleven. Er zijn verschillende strategieën die je kunt toepassen, afhankelijk van de grootte van de pot en de strengheid van de winter.

Een van de meest effectieve methoden is om de pot in zijn geheel in te graven in de volle grond in de tuin. Kies een beschutte plek, graaf een gat dat groot genoeg is voor de pot en plaats de pot erin, zodat de rand van de pot gelijk is met het grondoppervlak. De omringende aarde biedt een uitstekende isolatie voor de wortelkluit. Dek de bovenkant van de pot af met een laag bladeren of stro voor extra bescherming.

Als ingraven geen optie is, kun je de pot zelf isoleren. Wikkel de pot in met isolerend materiaal, zoals noppenfolie, jutedoeken of oude dekens. Het is belangrijk om de pot zelf in te pakken, niet de plant. Zet de ingepakte pot op een beschutte plaats, bijvoorbeeld tegen een muur van het huis, uit de koude oostenwind. Plaats de pot op een paar plankjes of potvoetjes om direct contact met de koude, bevroren grond te vermijden en een goede afwatering te garanderen.

Een andere mogelijkheid is om de planten te verplaatsen naar een onverwarmde, maar vorstvrije ruimte, zoals een koude kas, een garage of een schuur. De ruimte moet koel zijn, zodat de plant in rust blijft, maar de temperatuur mag idealiter niet onder het vriespunt komen. Geef de plant gedurende de winter spaarzaam water, net genoeg om te voorkomen dat de kluit volledig uitdroogt. Ongeveer eenmaal per maand een klein beetje water geven is meestal voldoende.

Zorg in het vroege voorjaar

De zorg voor het groot kaasjeskruid stopt niet aan het einde van de winter. De overgang naar het voorjaar is een kritieke periode. Zodra de ergste vorst voorbij is, meestal in maart, is het tijd om de winterbescherming te verwijderen. Haal de mulchlaag voorzichtig weg van de basis van de plant. Als je de oude stengels hebt laten staan, is dit het moment om ze kort boven de grond af te knippen. Dit maakt plaats voor de nieuwe, frisse scheuten die vanuit de basis zullen verschijnen.

Inspecteer de plant op eventuele tekenen van leven. Wees niet te ongeduldig; afhankelijk van het weer kan het even duren voordat de nieuwe groei zichtbaar wordt. Zodra de eerste groene puntjes verschijnen, is dit een goed moment om de plant een startbemesting te geven. Een laagje verse compost of een handvol organische mestkorrels rond de plant zal de nieuwe groei een flinke boost geven.

Het vroege voorjaar kan verraderlijk zijn met late nachtvorst. Houd de weersvoorspelling in de gaten, vooral nadat de nieuwe, tere scheuten zijn verschenen. Als er late vorst wordt voorspeld, is het verstandig om de jonge scheuten ’s nachts te beschermen met vliesdoek of een omgekeerde emmer. Deze jonge groei is zeer kwetsbaar voor vorstschade, wat de ontwikkeling van de plant kan vertragen.

Voor planten die in een pot hebben overwinterd, is het voorjaar het moment om ze weer naar buiten te verplaatsen. Wacht tot de kans op strenge nachtvorst geweken is. Wen de plant geleidelijk aan de buitentemperaturen en het fellere zonlicht door hem eerst een paar uur per dag buiten te zetten op een beschutte plek (afharden). Na een week of twee kan de plant definitief op zijn zomerse standplaats worden gezet. Controleer de potgrond, ververs de bovenste laag of verpot de plant indien nodig, en begin weer met regelmatig water geven en bemesten.

Misschien vind je dit ook leuk