Share

Ziekten en plagen bij blauw schapengras

Daria · 31.03.2025.

Helictotrichon sempervirens is een opmerkelijk robuuste en gezonde plant die over het algemeen weinig last heeft van ziekten en plagen. Zijn taaie, vezelige blad en zijn voorkeur voor droge omstandigheden maken hem onaantrekkelijk voor veel veelvoorkomende insecten en schimmels. Problemen die zich toch voordoen, zijn vrijwel altijd terug te voeren op suboptimale groeiomstandigheden. De allerbelangrijkste preventieve maatregel tegen ziekten en plagen is dan ook het bieden van de juiste standplaats en verzorging. Een plant die in de volle zon staat, in een perfect drainerende bodem, en die niet te veel water of mest krijgt, is van nature sterk en weerbaar en zal zelden problemen ondervinden. Het herkennen van de weinige problemen die kunnen optreden, is echter nuttig om snel en effectief te kunnen ingrijpen.

De meest voorkomende en ernstigste aandoening bij blauw schapengras is wortelrot. Dit is geen ziekte die wordt veroorzaakt door een plaag, maar een fysiologisch probleem dat direct het gevolg is van een teveel aan water en een gebrek aan zuurstof bij de wortels. Wanneer de bodem constant nat is, kunnen de wortels niet ademen en beginnen ze af te sterven en te rotten. Dit proces wordt vaak versneld door de aanwezigheid van schimmels die gedijen in vochtige, zuurstofarme omstandigheden, zoals Phytophthora en Pythium.

De symptomen van wortelrot kunnen verraderlijk zijn. De plant stopt met groeien, het blad kan geel of bruin worden en er slap en futloos uit gaan zien. Paradoxaal genoeg lijken deze symptomen op die van uitdroging, wat sommige tuiniers kan verleiden om juist meer water te gaan geven, wat het probleem alleen maar verergert. Als je vermoedt dat je plant last heeft van wortelrot, graaf dan voorzichtig wat aarde rond de basis weg. Gezonde wortels zijn licht van kleur en stevig; rottende wortels zijn donker, papperig en hebben vaak een onaangename geur.

Preventie is de enige effectieve aanpak tegen wortelrot. Zorg voor een onberispelijke drainage door de bodem te verbeteren met zand of grind, vooral op zware kleigrond. Plant het gras niet in laaggelegen, natte delen van de tuin en wees uiterst terughoudend met water geven. Eenmaal aangetast, is een plant met wortelrot zeer moeilijk te redden. De enige kans op herstel is om de plant uit te graven, alle aangetaste, papperige wortels weg te snijden en de gezonde delen opnieuw te planten op een veel drogere, beter gedraineerde locatie.

Een andere schimmelziekte die soms kan optreden, met name in vochtige, warme zomers of op een te schaduwrijke standplaats, is roest. Roest manifesteert zich als kleine, oranje tot bruine puistjes of vlekken op de bladeren. Hoewel het er lelijk uitziet, is roest zelden fataal voor blauw schapengras. Een lichte aantasting kan vaak genegeerd worden en zal vanzelf verdwijnen wanneer de weersomstandigheden verbeteren.

Preventie van schimmelziekten

De beste strategie om schimmelziekten zoals roest te voorkomen, is het optimaliseren van de groeiomstandigheden. Een zonnige standplaats en een goede luchtcirculatie zijn hierbij van het grootste belang. In de volle zon kan het blad na een regenbui snel opdrogen, waardoor schimmelsporen geen kans krijgen om te kiemen. Zorg er ook voor dat de planten niet te dicht op elkaar staan, zodat de wind vrij door de pollen kan waaien.

Het vermijden van water geven over het blad is een andere belangrijke preventieve maatregel. Geef water direct aan de basis van de plant. Als je toch een sproeier moet gebruiken, doe dit dan vroeg in de ochtend, zodat het blad gedurende de dag volledig kan opdrogen. Een plant die ’s nachts nat de nacht in gaat, is veel vatbaarder voor schimmelinfecties.

Het jaarlijkse onderhoud in het voorjaar, waarbij je het dode en oude blad uit de pol verwijdert, draagt ook bij aan het voorkomen van ziekten. In het oude, afstervende plantmateriaal kunnen schimmelsporen overwinteren. Door dit materiaal te verwijderen, verminder je de infectiedruk voor het nieuwe seizoen en zorg je voor meer licht en lucht in het hart van de plant.

Bij een ernstige aantasting met roest, wat zeer zelden voorkomt, kun je ervoor kiezen om het meest aangetaste blad weg te knippen. Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen (fungiciden) is voor dit probleem bij siergrassen in een particuliere tuin vrijwel nooit nodig of wenselijk. Het verbeteren van de groeiomstandigheden is op de lange termijn een veel effectievere en duurzamere oplossing.

Plagen

Blauw schapengras is voor de meeste insecten niet erg aantrekkelijk. Slakken en huisjesslakken, die in veel tuinen een plaag kunnen zijn, laten dit taaie gras doorgaans links liggen. Ook bladluizen zul je zelden op deze plant aantreffen. De robuuste structuur van het blad biedt weinig houvast en is moeilijk aan te prikken voor deze kleine insecten.

Een enkele keer kunnen er spintmijten voorkomen, vooral bij planten die in potten op een hete, droge en beschutte plek staan, zoals een balkon of terras. Spintmijten zijn minuscule, spinachtige beestjes die zich aan de onderkant van het blad bevinden en plantensappen opzuigen. Een aantasting is te herkennen aan fijne webben tussen de bladeren en kleine, gelige spikkels op het blad.

De beste manier om spint te bestrijden is door de luchtvochtigheid rond de plant te verhogen, aangezien deze mijten een hekel hebben aan vocht. Het regelmatig besproeien van de plant met water, bij voorkeur met een krachtige straal, kan een beginnende infestatie vaak al verhelpen. Zorg er wel voor dat de plant daarna weer goed kan opdrogen om schimmels te voorkomen.

In hardnekkige gevallen kunnen biologische bestrijdingsmiddelen, zoals roofmijten, of middelen op basis van natuurlijke zepen of oliën worden ingezet. Chemische insecticiden zijn zelden nodig en kunnen ook nuttige insecten doden, waardoor het ecologisch evenwicht in je tuin wordt verstoord. Goede preventie, door de plant niet op een té hete en benauwde plek te zetten, is de beste verdediging.

Abiotische problemen

Naast ziekten en plagen kunnen er ook zogenaamde abiotische problemen optreden, wat problemen zijn die worden veroorzaakt door niet-levende factoren, zoals weersomstandigheden of verkeerde verzorging. Het meest voorkomende abiotische probleem is het openvallen van de pol. Dit gebeurt wanneer de plant te groot en oud wordt, of wanneer hij op een te rijke, vruchtbare grond staat. Het midden van de plant wordt dan kaal en de buitenste stengels vallen naar buiten.

De oplossing voor dit probleem is simpel: het is tijd om de plant te verjongen. Graaf de pol in het vroege voorjaar op en deel hem in meerdere stukken, zoals beschreven bij de vermeerdering. Gooi het oude, dode hart weg en plant de jonge, vitale stukken van de buitenrand opnieuw. Als de oorzaak een te rijke bodem is, overweeg dan om de grond te verschralen door er zand of split doorheen te mengen.

Een ander veelvoorkomend verschijnsel is het bruin worden van het blad in de winter. Dit is een normaal, natuurlijk proces en geen ziekte. De winterkou en -vocht zorgen ervoor dat een deel van het wintergroene blad afsterft. Dit oude blad biedt bescherming aan het hart van de plant. In het voorjaar kan dit bruine blad eenvoudig met de hand uit de pol worden gekamd om plaats te maken voor de frisse, nieuwe, blauwe groei.

Bladverbranding kan optreden als een plant die binnen is opgekweekt of in de schaduw heeft gestaan, plotseling in de volle, felle zon wordt geplaatst. De bladeren kunnen dan witte of bruine, verdroogde vlekken vertonen. Om dit te voorkomen, moet je planten altijd geleidelijk laten wennen aan een zonnigere standplaats, een proces dat ‘afharden’ wordt genoemd. Eenmaal gevestigd, is blauw schapengras perfect bestand tegen de volle zon.

Het belang van een gezonde basis

Samenvattend kan worden gesteld dat de sleutel tot een ziektevrij blauw schapengras ligt in het bieden van een omgeving die zo dicht mogelijk bij zijn natuurlijke habitat ligt. Een gezonde, stressvrije plant heeft een sterk immuunsysteem en is veel minder vatbaar voor allerlei kwalen. Voordat je naar bestrijdingsmiddelen grijpt of je zorgen maakt over een mogelijke ziekte, evalueer altijd eerst de basisvoorwaarden.

Controleer de standplaats: krijgt de plant wel genoeg zon? Controleer de bodem: is de drainage wel echt optimaal? Controleer je eigen gewoonten: geef je niet stiekem toch te veel water of heb je de plant bemest? In negen van de tien gevallen is het antwoord op deze vragen de oorzaak van het probleem en tevens de oplossing.

Door te focussen op preventie en het creëren van de juiste omstandigheden, kun je jarenlang genieten van een prachtig, gezond en probleemloos blauw schapengras. Deze plant is een toonbeeld van hoe een ‘juiste plant op de juiste plek’-filosofie leidt tot een onderhoudsarme en succesvolle tuin.

Laat je niet te snel verontrusten door een bruin blaadje of een klein vlekje. Planten zijn levende organismen en een perfect, onberispelijk uiterlijk is vaak onnatuurlijk. Een kleine imperfectie is vaak geen teken van een ernstig probleem, maar gewoon een onderdeel van het natuurlijke leven van de plant in de tuin.

📷: Drew AveryCC BY 2.0, via Wikimedia Commons

Misschien vind je dit ook leuk